Gedaan met laden. U bevindt zich op: Leidingen voor ruimteverwarming Gewone leidingen en kanalen

Leidingen voor ruimteverwarming

Geldig voor alle bouwaanvragen

Zo berekent u het systeemrendement voor residentiële en niet-residentiële eenheden.

Lokale vs centrale verwarmingssystemen

Voor lokale verwarmingssystemen wordt de warmte geproduceerd in de ruimte waar ze benut wordt. Deze warmte moet niet verdeeld worden via kanalen of leidingen. Bijgevolg wordt het voor deze systemen niet beïnvloed door leidingen of kanalen.

Voor centrale verwarmingssystemen hangt de invloed van gewone kanalen en systemen op het systeemrendement voor ruimteverwarming af van de van de eenheid ( of ).

Residentiële eenheden

Voor EPW-eenheden wordt het systeemrendement voor ruimteverwarming bepaald als het product van het opslagrendement, en afgifterendement. De verliezen in leidingen of kanalen worden ingerekend in het verdeelrendement.

U kunt het verdeelrendement op twee manieren bepalen: vereenvoudigd of gedetailleerd. In beide methodes wordt ervan uitgegaan dat alle verliezen voor ruimteverwarming binnen het nuttig zijn:

  • Vereenvoudigde berekening: als alle leidingen en kanalen binnen het beschermd volume liggen is het verdeelrendement 100%. Als dit niet zo is, wordt het verdeelrendement gelijk gesteld aan 95%.
  • Gedetailleerde berekening: hierbij worden de verliezen van alle segmenten buiten het beschermd volume in detail berekend. Hiervoor moet de lengte, diameter, isolatie en omgeving van elk segment ingegeven worden.

​​De gedetailleerde berekening kan alleen nuttig zijn als een (klein) deel van de verdeelleidingen of kanalen buiten het beschermd volume liggen.

Niet-residentiële eenheden

Voor EPN- en EPU-eenheden wordt het systeemrendement rechtstreeks in zijn geheel berekend: er wordt geen apart verdeelrendement bepaald zoals bij EPW-eenheden. De volgende factoren hebben een invloed op het systeemrendement:

  • Type verwarming: centraal of lokaal. Bij lokale verwarming is het systeemrendement steeds 100%.
  • Type koeling: centraal, lokaal of niet aanwezig.
  • Transportmedium voor verwarming en koeling: water, lucht, water en lucht of koelmiddel.
  • Regeling van verwarming en koeling per ruimte mogelijk of niet.

Op basis van deze invoer wordt een bepaalde factor voor leidingverliezen ingerekend in het systeemrendement.