Gedaan met laden. U bevindt zich op: Preferente en niet-preferente opwekkers (voor bouwaanvragen t.e.m. 31-12-2016) Preferente en niet-preferente opwekkers (huidig)

Preferente en niet-preferente opwekkers (voor bouwaanvragen t.e.m. 31-12-2016)

Geldig voor bouwaanvragen t.e.m. 31.12.2016 Bekijk tijdslijn

Wanneer een combinatie opwekkers een afgiftesysteem of tappunt(en) bedient, wordt in EPB de warmte- of koudevraag verdeeld over de verschillende opwekkers. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de preferente opwekker en de niet-preferente opwekker(s).

Principe

Voor de preferente opwekker wordt ‘de preferente fractie’ bepaald. Dat is het aandeel van de warmte- of koudevraag dat wordt geleverd door deze opwekker. Er is steeds maar één preferente opwekker. De resterende warmte- of koudevraag wordt toegekend aan de niet-preferente opwekker(s). Bij meerdere niet-preferente opwekkers wordt dit verdeeld op basis van hun nominale vermogen.

Impact op het resultaat

Elk van de opwekkers heeft een eigen . Het eindenergieverbruik wordt bepaald door het aandeel van de totale bruto-energiebehoefte dat aan elke opwekker werd toegekend te delen door het opwekkingsrendement van die opwekker en vervolgens te sommeren over alle opwekkers.

  • Als een groot deel van de totale bruto-energiebehoefte werd toegekend aan een opwekker met een hoog opwekkingsrendement, zal dit een gunstig effect hebben op het eindresultaat.
  • Als een groot deel wordt toegekend aan een opwekker met een laag opwekkingsrendement, zal dit een negatief effect hebben.

Bepaling preferente opwekker

Welke opwekker geldt als de preferente opwekker hangt af van de functie die de opwekkers bedienen.

Ruimteverwarming en sanitair warm water:

  • Een geldt steeds als de preferente opwekker.
  • Wanneer een van de opwekkers een warmtepomp is en geen van de andere opwekkers is een WKK, dan geldt deze warmtepomp de preferente opwekker.
  • In alle andere gevallen is de preferente opwekker de opwekker met de laagste waarde voor de verhouding van de primaire energiefactor tot het opwekkingsrendement. Bijvoorbeeld: een aardgasketel en elektrische weerstandsverwarming worden samen gebruikt, met eigenschappen zoals in onderstaande tabel. In dit geval geldt de ketel als preferente opwekker.
OpwekkerOpwekkingsrendement ηgenPrimaire energiefactor fpfp/ ηgen
ketel0,8911,12
weerstandsverwarming12,52,5

Ruimtekoeling:

  • Als een van de opwekkers een thermisch aangedreven koelmachine is, geldt deze als preferente opwekker.
  • Als een van de opwekkers geocooling met open systeem is, geldt deze als preferente opwekker.
  • In alle andere gevallen is de preferente opwekker de opwekker met het hoogste opwekkingsrendement.

Als er meer dan 1 type niet-preferente opwekker is, geeft u alleen de niet-preferente opwekker met de laagste waarde voor de verhouding van de primaire energiefactor tot het opwekkingsrendement in.

Preferente fractie

Voor ruimteverwarming en ruimtekoeling wordt de preferente fractie bepaald in functie van een hulpvariabele. De bepaling van deze hulpvariabele en de link met de preferente fractie hangt af van het type preferente opwekker. Voor sanitair warm water wordt geen hulpvariabele bepaald.

Invoer in de software

In de EPB-software Vlaanderen verloopt de invoer van een combinatie van een preferente en niet-preferente opwekker via een extern rekenblad(opent in nieuw venster) (xls-bestand). Voor u dit rekenblad gebruikt, neemt u het best eerst de handleiding door (eerste tabblad rekenblad).

In de EPB software 3G kunt u rechtstreeks meerdere opwekkers ingeven en aangeven welke opwekker preferent is.